Wereldfaam te grabbel

12 december 2014

Delft dankt haar economische bloei en wereldfaam aan creatieve wetenschappers en verrassende schilders als Antoni Van Leeuwenhoek, Reinier de Graaf, Johannes Vermeer en Michiel Jansz. van Mierevelt. Vanwege die namen is Delft een aantrekkelijk plek voor creatieve industrie en een broedplaats voor nieuwe ideeën. Juist daarom heeft in Delft in 2014 ieder kind recht op kunsteducatie op school en in de vrije tijd. Op de basisschool is ‘kunstzinnige oriëntatie’ een wettelijk verplicht leergebied. Daar staat het Rijk voor in. Maar de school kan lang niet alles en voor een brede kennismaking en het verder bekwamen in muziek, dans, of welke kunstdiscipline ook is een inspirerende locatie noodzakelijk. De Raad voor Cultuur bracht over cultuureducatie en cultuurparticipatie recent een advies uit: ‘Mee doen is de kunst’. De Raad voor cultuur wijst er op dat de lokale overheid verantwoordelijkheid moet nemen voor een locatie, voor programma’s die passen bij de jeugd uit die plaats, voor verleidingsprogramma’s en vindbaarheid. En natuurlijk de toegankelijkheid (niet alleen financieel) is een verantwoordelijkheid van de lokale overheid. Het lijkt veel, maar het gaat als dat goed wordt doorgerekend echt niet om miljoenen. In steden die kunsteducatie in de vrije tijd over laten aan de ‘markt’ verliezen kinderen die van huis uit niet met kunst in aanraking komen hun toegang tot kunsteducatie. Verspillen van talent! Zonder lokale basisvoorzieningen verschralen de cursus mogelijkheden en blokkeren de kansen voor kinderen in achterstand situaties. De bouw van een spoortunnel kan toch niet tot gevolg hebben dat een generatie jonge Delftenaren kunsteducatie ontberen of aan moeten kloppen bij de buurgemeenten? Ik doe een oproep aan College en Gemeenteraad om de erfenis van Van Leeuwenhoek, De Graaf, Vermeer en Van Mierevelt niet te grabbel te gooien.

Dirk Monsma ( oud inwoner Delft)