Cultuureducatie met een beperking? no5: Muziek is herrie

4 juni 2013

Een grote stevige jongen van vijftien jaar schudt mij de hand. Tahir heeft zijn tekeningen meegenomen. De opdracht van de juf was om de school te tekenen. ‘Hier is de tennisbaan, daar de logopedie’. De voor- en achteringang zijn naast elkaar getekend. Zo is alles te zien wat belangrijk is. Thuis tekent hij niet zo vaak, maar luistert naar muziek.
‘Thuis speel ik rap. Ook wel een beetje harde muziek. En treurige muziek. Ik houd wel van Adele. Ik houd van haar liedjes. Ook van meisjesliedjes, zoals Rihanne’. Als we zijn uitgepraat, vraag ik of ik bij hem thuis lang mag komen. Dat vindt hij goed.

Als ik bij Tahir aanbel, verschijnt zijn hoofd over de rand van het balkon. Nee, schudt dat norse hoofd. Tijdens het gesprek met zijn vriendelijke moeder negeert hij mij. Hij is boos en onrustig, omdat zijn kamer is opgeruimd. Hij kan zijn bibliotheekkaart niet vinden. Ik ben verrast door deze omslag in zijn humeur. ‘Kinderen zoals hij reageren heel primair en voelen met hun hart’, vertelde de directeur mij op zijn school. ‘Sommige leerlingen hebben problemen met communicatie want ze kunnen niet of maar gedeeltelijk praten. Juist met expressievakken leren ze manieren om zich te uiten.’ Tahir en andere leerlingen maken daarom een jaar lang muziek met Papageno. ‘Ik speel trommel en gitaar,’ zegt Tahir. ‘Soms keyboard.’ Woensdag ga ik hun concert bijwonen.