Open voor de buitenwereld

De school is geen geïsoleerd eiland in de wijk; ze is het middelpunt van contacten met ouders en tal van samenwerkingspartners. Ouders kunnen de aanjager zijn voor projecten door verhalen te vertellen, voorwerpen mee te brengen of muziek te maken. Kunstenaars uit de omgeving van de school kunnen een rol spelen binnen het kunstonderwijs. Andere scholen kunnen samenwerkingspartner zijn door het uitwisselen van ervaringen, het samen optrekken bij ontwikkelingen, het gezamenlijk gebruik van ruimten.
Centra voor de kunsten ondersteunen de kunsteducatie op school, bemiddelen bij kunstinstellingen of voeren daadwerkelijk kunstonderwijs uit. Er kunnen afspraken worden gemaakt tussen scholen en kunstinstellingen over activiteiten gedurende het schooljaar. De school adopteert bijvoorbeeld een museum; een musicus geeft een masterclass aan de leerlingen; een theatergroep studeert op school een stuk in; een beeldend kunstenaar van de kunstuitleen zet een project op. Rond de school zijn kunstenaars gevestigd, er zijn tal van verenigingen en clubs op het gebied van kunst en cultuur. Voor het kunstonderwijs op de school is het goed om dit alles in kaart te brengen. Sommige steden en wijken beschikken al over deze gegevens. Mij staat een kaart voor ogen die is ingedeeld in kunstdisciplines. Op de kaart staan alle kunstenaars die in de wijk wonen, met hun atelier of studio. Muziekcorpsen en brassbands zijn erop te vinden, galerieën, een winkel met schildermateriaal. Voor een team is het wellicht te veel werk om de culturele omgeving eigenhandig in kaart te brengen, maar is er altijd ondersteuning van anderen mogelijk. Een kunstkaart functioneert als een wijkkaart waarop alle voorzieningen zijn aangegeven (zoals apothekers, artsen, banken, zorginstellingen, ziekenhuizen), maar in dit geval zijn het kunstgerelateerde voorzieningen. Zo’n kaart is een handig hulpmiddel voor de kunstdocent en voor de leerkracht bij het programmeren van activiteiten.