Wetenschappelijke onderbouwing en beschouwing

Ik ben op zoek gegaan naar wetenschappers die cultuureducatie en de brede school inspiratie kunnen geven. Ik koos personen uit die ieder op eigen wijze in Nederland een voorhoede vormen: Barend van Heusden, Marcel van Herpen en Folkert Haanstra. Tegelijkertijd bezocht Anne Bamford Nederlandse steden. Zij doet wereldwijd onderzoek naar kunsteducatie. Opvallend bij deze vier mensen is dat ze een visie hebben op de rol die kunsteducatie zou moeten spelen, maar tegelijkertijd vertellen hoe het niet moet. “Geen leerkracht die een kunstlesje opdreunt”, zegt Van Herpen. “Geen schoolkunst”, zegt Haanstra. Professor Bamford is het meest uitgesproken: “Een kwart van de kunsteducatie wereldwijd is slechte kunsteducatie en heeft negatieve effecten op kinderen.” Maar wat is het dan wel, en wat brengt het teweeg? Daar zijn de geleerden het niet altijd over eens.
Anne Bamford liet een brede waaier aan effecten van kunsteducatie zien, variërend van bijdragen aan een beter schoolklimaat tot het verkrijgen van een betere gezondheid en het verbeteren van leerprestaties. Engels onderzoek houdt het bij kennis en vaardigheden van de kunstdisciplines, persoonlijke en sociale ontwikkeling. Amerikaans onderzoek wijst op effecten rond verbeelding, volharding, motivatie, empathie, tolerantie en verbondenheid met elkaar. Tot slot noem ik Howard Gardner, die al veertig jaar onderzoek naar meervoudige intelligentie doet aan Harvard University. Hij benadrukt dat kunsteducatie weinig meetbare positieve effecten heeft op de leerprestaties van kinderen. Hij waarschuwt daarom dat het niet goed is die verwachting te wekken. Kunsteducatie heeft effect op het vermogen tot observeren, verbeelden, jezelf uitdrukken en reflecteren. en draagt zo bij aan een groter zelfvertrouwen.