Een Engelse les over onderwijsstimulering

Een Engels les over onderwijsstimulering. In 1978 reisden Tine Knigge en ik naar Engeland om te zien wat daar werd verstaan onder de 'community school'. Op het Britse eiland ging in 1968 een vijftal stimuleringsprojecten van start onder de naam: Educational Priority Areas. Deze projecten werden afgesloten in januari 1972. Daarmee was de belangstelling van de Engelse regering voor onderwijs aan kinderen in achterstandssituaties grotendeels ten einde. Terwijl in Engeland de projecten van het toneel verdwenen kondigde Onderwijsminister Jos van Kemenade in november 1974 een stimuleringsbeleid aan voor arbeiderskinderen. Wij waren in 1978 nieuwsgierig wat de Engelse ervaringen voor Nederland zou kunnen opleveren. Nu meer dan dertig jaar na het schrijven van dit artikel ligt er een geheel andere vraag. Waarom maakt de brede school nu opgang? Terwijl dat in de onderwijs vernieuwingsgolf als gevolg van het beleid van Minister van Kemenade en zijn opvolgers niet aansloeg? In de jaren tachtig was ouderparticipatie een thema, werd onderwijs verbonden met bibliotheek en buurtwerk, werden gebouwen aangepast, leerkrachten bijgeschoold en voorbeeld projecten gefinancierd door het Ministerie van OCW. Het zou een nieuw artikel waard zijn om de engels 'community school' uit 1978 en de buurt school in Nederland van toen en de brede school van nu met elkaar te vergelijken. Op het moment van onze reis werd een zekere mevrouw Thatcher gekozen tot prime minister. Wat we wisten is dat zij van 1970 tot 1974 Minister van Onderwijs was geweest en een einde had gemaakt aan die stimuleringsprojecten.